35 - Non buzz embouchure
Hoofdstuk 35 - Paragraaf 18
35. Non buzz embouchure

35.18 Puffed Cheeks

Puffed cheeks in woodwind and brass-playing. Hans Boschma ©

Er zijn veel blazers die met bolle wangen blazen.
Dizzy Gillespie is het meest sprekend voorbeeld. Aan het eind van zijn carriere waren zijn gezichtsspieren dermate opgerekt dat hij de M.Orbicularis Oris niet meer goed kon centreren tot het gewenste kleine luchtdoorlaat klepje , vooral niet natuurlijk bij het spelen van hogere registers.

Het rekken van spieren, de verlengingsmogelijkheid of capaciteit, is verbonden aan de beweging waarin de spier de meeste kracht levert. En dat is hier bij het gesloten houden van de mond terwijl je met kracht de lucht eruit wilt blazen.

Een spier past zich aan aan zijn functie door het aantal sarcomeren af te stemmen op de lengte waarin de meeste kracht kan worden geleverd. En dat is bij het persen van de lucht met gesloten mond. Ga je dus met bolle wangen blazen dan verleng je de spier en blijf je kracht uitoefenen. Naarmate de spier langer wordt neemt de kracht af. Het sarcomeer of contractiele eenheid is de kleinste zich herhalende structuur die wordt gebruikt voor het samentrekken van de spieren.

Waarom spelen mensen met bolle wangen:
1. Ze willen een softere aanzet. In de jazz scene zie je dat veel, men laat het embouchure van de gezichtsspieren , mondbodemspieren , sommige tongbeenspieren ,mondkeelholtespieren en het Platysma enigszins ontspannen zodanig dat men niet de directe TAA aanzet heeft maar meer Daa, Whaa, etc etc.
2. Men heeft zich dit aangeleerd, je ziet het ook veel bij saxofoon, hobo en bastubablazers, omdat men denkt meer lucht te kunnen uitdrijven vanuit de voorraadkamer, de mondholte.
3. Men heeft te weinig spierkracht in de gezichtspieren. Verlammingen kunnen de oorzaak zijn zoals bij een facialis parese, een hemiparese of bij dystonie, spierdystrofie etc etc.
4. Men wil het gebruiken als onderdeel van Circular Breathing omdat je de luchtvoorraad op deze manier kunt opslaan.

Voor het blazen kan men 4 verschillende spiergroepen benoemen.
1. De gezichtsspieren die het embouchure daadwerkelijk regelen, zie daarvoor het CODE SCHEMA voor de onderdelen. De belangrijkste is de M.Orbicularis Oris. Die kan de lippen tuiten en zich centreren om tot de gewenste grootte van lipopening te komen.
Het Platysma, zie ook de illustratie beneden , dat zowel een gezichtspier is als halsspier. Functioneel rekenen we het Platysma dan ook tot de gezichtspieren. De M.Buccinator, de trompetspier, genoemd naar de Buccina, een soort voorloper van de huidige bastuba, de Romeinse legers gebruikten dit instrument dat over de schouder werd gedragen, als aanvals en signaalwapen. De M.Buccinator kan de mondhoeken naar opzij trekken en drukt de m.Orbicularis oris tegen de tanden, evenals de M.Risorius die wel tot de gezichtspieren hoort.

2.De mondbodem spieren: tongbeengroep: M.Mylohyoideus, M.Thyrohyoideus, M.Sternohyoideus , M.Geniohyoideus. Voorts de M.Hyoglossis,M.Genioglossus, M.Styloglossus, M.Digastricus , M.Longitudinalis inferior en superior zijn de belangrijkste en de tong Lingua, zelf.
Het tongbeen wordt bij het blazen naar beneden getrokken en door de M.Thyrohyoideus, M.Cricohyoideus, M.Omohyoideus, M.Sternohyoideus en naar achteren door de M.Stylohyoideus, M.Styloglossus,M.Stylopharyngeus, M.Glossopharyngeus.M.Constrictor Pharyngeus medius en superior, M.Chondropharyngeus

3.De mondkeelholtespieren:M.Constrictor Pharyngeus, M.Tensor veli Palatini, M.Levator veli palatini, Uvulae etc.
Je moet je voorstellen dat het hele weke delen gebied van mond-en mondkeelholte wordt opgeblazen als een soort ballon en de grootste ontspanning c/q rek vindt plaats in de wanggedeelte. Omdat de kaakopening een constante is zal de mondbodem minder uitzetten als het wanggedeelte.

4. De kauwspieren M.Temporalis, M.Masseter en de beide MM.Pterygoidei.Naarmate de wangen verder worden opgeblazen daalt ook de mondbodem waarop de tong is vastgehecht.

De 4 kauwspieren dragen zorg voor de stabiliteit en wijdte van de kaakopening, onafhankelijk van de gezichtspieren. Er is natuurlijk wel een vorm van samenwerking, immers de hersenen denken niet in spieren maar in bewegingen. Maar er wordt een apart signaal gegeven naar de kauwspieren ,bijvoorbeeld bij hoog spel om de onderkaak omhoog te trekken of naar voren te bewegen en omgekeerd . Behalve dan bij extreem lage tonen, daar moet de onderkaak juist weer naar voren worden gebracht samen met het maken van een dikke buik via diafragmacontractie.

Samengevat de kauwspieren zorgen voor de kaakbewegingen en de gezichtspieren voor de mimische bewegingen en met dat laatste bedoel ik de vorming van de lipopening .Globaal gesproken werkt het aldus.
De mondkringspier staat centraal , die moet het eigenlijke werk doen door zich als kringspier samen te trekken. Maar hij moet ook in staat zijn zich te vervormen, denk maar aan fluiten, spreken etc etc.

Bij het luchtdoorlaten bewegen de lipuiteinden iets naar voren en door de elasticiteit veren ze weer terug, het is een soort antonatische klep. Naarmate deze spier minder krachtig wordt aangespannen zal de toonhoogte dalen en de heldere briljante ,open toon plaats maken voor meer bijgeluiden, wekere toon, wekere aanzet etc.
De vervorming van de mondkringspier vindt plaats door 3 groepen:
De mondhoek opzijtrekkers zoals de M.Buccinator en M.Risorius.
De mondhoek omlaagtrekkers zoals het Platysma, de M.Mentalis, de M.Depressor anguli oris, M. Depressor Labii inferiores
De mondhoekomhoogtrekkers:Levator anguli oris, M.Risorius(dubbelfunctie), Levator Labii superioris.

Bij onderzoek naar falend embouchure moet je dus al deze spieren testen in hun functie.

DE GEZICHTS OF MIMISCHE SPIEREN.
Waarom iemand met bolle wangen kan blazen.
Men houdt de orbicularis in het centrum zo klein als mogelijk voor de nodige airflow. Tegelijk laat men de teugels vieren van alle betrokken mimisch gezichts- en embouchurespiertjes. Verder houdt men de 4 kauwspieren onder de nodige spanning om de kaakopening naar believen te wijzigen.

De mimische spieren ontspringen namelijk aan het botperiost van de schedel en aan de andere kant, zonder een gewricht te overspannen, hechten ze zich uitstralend in het slijmvlies en de huid. Bij aanspanning van deze spiertjes worden bewust of onbewust mimische bewegingen gemaakt. Vreugde, verdriet, teleurstelling, opwinding, verbittering, kortom allerlei emoties kunnen tot uitdrukking worden gebracht. De spieren bevinden zich in dit geval vooral rond de mond (De mond als as van een wagenwiel waarvan de spaken bestaan uit de verschillende spiertjes), de ogen, de neus en de oren. Met die spiertjes kan men de neusgaten verwijden, de ogen openen, toeknijpen sluiten en dat geldt ook enigszins voor de oren.

Voor de kauwspieren geldt dus dat ze wel ontspringen en aanhechten aan het periost van het bot.
De kauwspieren zijn veel sterker dan de mimische spieren. Innervatie van de kauwspieren: M.Temporalis: N.Temporales profundi. M.Masseter: N.Massetericus. M.Pterygoidei :N.Facialis.
De innervatie van de mimische spieren geschiedt zonder uitzondering door de N.facialis.
De namen van sommige spieren staan in verschillende boeken wel en in andere niet vermeld of worden anders genoemd

M.Quadratus labii inferioris= M.Depressor labii oris en de M.caninus is een bovenlipheffer en wordt bedekt door de M. Quadratus/Levator labii superioris. Dit terzijde.

Mimische spieren en hun Arteriele doorbloeding: Zijtakken vanaf de A.Carotis externa zoals : A.Mentalis, A.Alveolaris inferior
A.Maxillaris externa,A.Labialis inferior, A.Labialis superior, A.Submentalis,A.Angularis

Kauwspieren: A.Maxillaris interna, A.Masseterica,Ramus Pterygoidei etc. Zie afbeeldingen van Spalteholz pagina’s 473 en 475.
Mond-keelholte en tongbeenspieren: A.Palatina,A.Maxillaris interna, Ramus mylohyoideus ,A. Auriculartis profunda en andere aftakkingen van de A.Carotis.

Rekken van spieren, zoals hier het blazen met bolle wangen of gedeeltelijk opgeblazen wangen.

Een spier levert de meeste kracht in zijn normale functie en dat geldt hier dan vooral voor de wangspieren, ofwel de mimische spieren. Ga je een spier aanspannen in een verlengde positie dan levert deze minder kracht.
De spier past zich aan aan de verlangde spierfunctie door het aantal sarcomeren, (de kleinste bouwstenen van een spier) af te stemmen op de lengte waarin de meeste kracht wordt geleverd. Er bevinden zich vele duizenden sarcomeren
In een spier. Ze bestaan uit kleine draadjes die langs elkaar kunnen schuiven en gaan onderling sterke chemische verbindingen aan.
De stand waarin een spier functioneert bepaalt het aantal sarcomeren waaruit de spier is opgebouwd. Het aantal sarcomeren neemt toe naarmate de maximale lengte van een spier toeneemt.

Het ‘oprekken’van spieren, wat het met bolle wangen blazen dan ook is, is in feite een miskenning van het zeer nuttige adaptatievermogen waarover spieren beschikken. Als er teveel sarcomeren in een spiervezel aanwezig zijn dan is de sarcomeer teveel inelkaar geschoven en kan de spier zijn maximale kracht niet leveren. Blaas je al jaren met bolle wangen dan neemt de kracht van de bewuste spier daardoor af en dan hoor je ook, zoals bij Dizzy Gillespie aan het eind van zijn loopbaan de aanzet indirecter wordt en de toon vozer.

Literatuur.Zie op google: schema’s fysiologie van Cranenburg stichting ITON pagina 8 .
Contractiemechanisme (downloadbaar)

Afbeeldingen:













35.18 Puffed Cheeks